KWH Holland klantreportages
Klanten van KWH
Hoe ervaren klanten KWH het gebruik van KWH's machines? Fruitteeltonline bezoekt hen op locatie en biedt een kijkje in de keuken bij fruittelers door heel Nederland en België.
Reportage 13: Fruitteeltbedrijf Wisse uit Kapelle
Vlakbij het Zeeuwse Fruitteeltmuseum in Kapelle ligt het fruitteeltbedrijf van Jaco Wisse, van oorsprong een gemengd bedrijf wat nog goed te zien is. Ik bezocht hem op een zonnige dag op hun locatie. Een nieuwe reportage voor KWH.
Jaco woont in het voormalige huis van zijn grootouders; zijn ouders wonen in een huis vlakbij. “Het slaat steeds een generatie over”, vertelt Jaco. We pakken een stoel in de gezellige tuin waar van alles bloeit en sierkippen met kuikens rondscharrelen. Naast het huis ligt een schuur die meer op een akkerbouwschuur lijkt. Ik vraag hem ernaar.
“Dat klopt, van oorsprong is dit een fruitteelt- en akkerbouwbedrijf”, vertelt Jaco. “Maar met akkerbouw doe ik niks meer, behalve grond verhuren.” Zelf teelt Jaco 90% peren (Conference, Lukas en een beetje Doyenne en Triumph) en 10% appel op 30 hectare rondom en nabij zijn huis. Hij begon in ’91, zijn vader en oom runden toen het bedrijf dat inmiddels al zeker vier generaties bestaat. Jaco’s broers en zussen kozen een andere weg, inmiddels draait Jaco het bedrijf zelf samen met een vaste medewerker.
Perceel Jaco Wisse. Foto: Fruitteeltonline
Is hij altijd fruitteler geweest? “Nee, ik heb eerst wat rondgekeken”, vertelt hij. “Ik heb in de automatisering gewerkt, maar ik kwam er wel achter dat dat niks voor mij is. De winst van het buiten zijn is groter dan de hele dag tegen luxaflex aankijken, dat is niks voor mij!”. Hij heeft dan ook geen spijt van zijn keuze. Toch wordt het er niet makkelijker op. Jaco zelf heeft drie zoons in de leeftijd van 16 tot 21 jaar, de oudste heeft wel interesse in het bedrijf van zijn vader. Met de huidige ontwikkelingen vindt Jaco het wel een beetje de vraag of dat nog een verstandige keuze is.
Terwijl we praten komt Jaco’s echtgenote Evelien naar buiten en groet ons terwijl ze vertrekt. “Mag ik u nog even samen op de foto zetten?”, vraag ik snel. Veel echtgenotes van fruittelers rennen weg als ze mij met de fotocamera zien, maar Evelien ziet er zo fleurig uit dat ik het toch probeer. Ze reageert spontaan en er wordt een mooie plek gezocht voor de foto, wat niet zo moeilijk is in de heerlijke tuin rondom hun huis. Voor ze het doorhebben, heb ik al een paar plaatjes geschoten. “Bedankt!”
Evelien en Jaco Wisse. Foto: Fruitteeltonline
Vervolg van het gesprek
We vervolgen ons gesprek. Is er veel veranderd sinds hij het bedrijf overnam? Jaco: “Het is wat vergroot en ik ben van akkerbouw volledig overgeschakeld op fruit. Verder hebben we tegenwoordig volledig zelfstandige koeling voor 1 miljoen kilo, dat hadden we vroeger niet. De ruimte die ik overhoud verhuur ik.” Ik vraag hem of hij van plan is om nog verder uit te breiden. “Ik heb nog 12,5 hectare open land naast het huis, maar uitbreiden hoeft voor mij niet. Ik kan het nu zelf aan en heb werk genoeg. Daarbij, als je het op 30 hectare niet kunt verdienen, kun je het op 40 ook niet.”
We praten over het telen in Zeeland en de problemen met het water, vooral afgelopen jaar. Zijn woonplaats Kapelle is een echt fruitteeltgebied, trouwens de hele regio rondom. Jaco vertelt: “Hier rond Kapelle zitten we tot 30 meter op zoet water, alleen er zit teveel ijzer in dus alles raakt verstopt. Begin jaren ’90 is er een zoetwaterleiding aangelegd, je kon je toen voor 1000 gulden inschrijven en werd dan aangesloten. Dan hebben wij ook gedaan. Die leiding werd toen precies voor alle inschrijvers aangelegd, maar verder niet. Mensen die het alsnog willen, kunnen zich dus niet meer laten aansluiten.”
Jaco heeft afgelopen zomer dan ook de hele tijd water kunnen geven. “Het was krap, maar we hebben het wel gered. Het grote probleem vorig jaar was niet de droogte, maar de hagel. Meer dan 1/3 van mijn bedrijf is zwaar verhageld. In een toch al moeilijke markt wordt het dan wel heel lastig met de prijzen. Sommige bedrijven hebben zoveel verlies geleden dat ze achteraf gezien beter de takken hadden kunnen strippen en helemaal niets meer doen. Maar ja, dat weet je niet van tevoren. En je bent niet voor niets fruitteler natuurlijk.”
Lichte hagelschade bij peer. Foto: Fruitteeltonline
Zo erg is het voor Jaco niet geweest, maar verlies heeft ook hij geleden. Zelf verkoopt hij al jaren via een vaste commissionair, een man die van de veiling komt en voor zichzelf begon. “Ik verkoop al via hem vanaf het moment dat ik begon”, vertelt hij.
Qua medewerkers loopt Jaco, in tegenstelling tot menig andere teler, nog niet tegen problemen aan. “Er is een groepje van zes vaste Polen die ik bel als ik werk heb. Zij kennen allerlei mensen, als ik 20 mensen nodig heb komen ze ook. Ze komen hier al jaren en vechten erom wie mag komen werken.”, vertelt hij. Jaco heeft huisvesting voor zo’n 12 mensen bij huis, in de pieken komen daar wat caravans bij. Hij heeft een vergunning om het hele jaar door mensen te mogen huisvesten.
Fruitprijzen
Ik vraag Jaco of hij nog een uitgesproken mening heeft over een bepaald onderwerp. Hij denkt even na. “Twee jaar geleden zijn we begonnen met huisverkoop aan de weg. Sinds we dat doen zie je hoe makkelijk mensen toch geld uitgeven aan kwalitatief goed fruit. En dat het niet om uiterlijk gaat. Supermarkten vragen daarom, maar wij zien dat het mensen niks uitmaakt. We verkopen 3 kilo appels voor 2,- en dat loopt heel goed. Mensen zeggen dat dit veel lekkerder smaakt, het komt natuurlijk rechtstreeks uit de cel en heeft niet een week her en der gelegen.”
KWH
Dan komen we op het onderwerp spuitmachines. Jaco heeft een Mistral van KWH. Heeft hij altijd al KWH gebruikt? “Nee. Vroeger hadden een John Deere maar die zijn maar heel kort in de markt geweest. Daarna hebben we jaren een ander merk gebruikt. Sinds dit voorjaar hebben we voor het eerst een KWH.”
Mistral op Fruitteeltbedrijf Wisse. Foto: Fruitteeltonline
Wat was de reden voor deze aankoop? “De oude machine was versleten. We hebben voor KWH gekozen vanwege de variabele luchtondersteuning. Dan is de middelenkeuze qua driftreductie net iets eenvoudiger. En dat de invloed van de wind niet ongunstig is voor je spuitbeeld. Alleen de vlos werkt nog niet optimaal, er zit een storing in. Maar KWH is bezig om dat op te lossen.”.
Waarom eigenlijk geen drierijer? “Ik heb bedden, dus het gaat sowieso niet bij mij. Ik zou eerder een autonome trekker aanschaffen.” Is hij met een uitbraak dan snel genoeg rond? Ja. Peer is natuurlijk niet zo spannend qua schurft, dus dat is niet vaak nodig. Als ik vroeg begin en volop doorwerk dan kan ik in één dag rond zijn.” Lachend vervolgt hij: “Maar dan moet je niet bij de gezamenlijke pauzes gaan zitten.”
Fruitteeltbedden. Foto: Fruitteeltonline
Wat vindt hij verder van de Mistral? De machine is goed, alleen dus die storing maar daar zijn ze mee bezig. Hij spuit verder gewoon. En ik spuit graag ’s avonds, dan is er niet veel wind dus dan heb je de vlos niet echt nodig. Verder vind ik de machine gewoon prima.”
KWH heeft reactie gegeven op het interview met Jaco. Zij geven aan: “We zijn erg blij met meneer Wisse als nieuwe KWH-gebruiker en zijn tevens blij dat we de storing inmiddels naar tevredenheid hebben kunnen verhelpen.”
Contactgegevens:
Fruitteeltbedrijf Wisse
Dijkwelseweg 21
4421 PN Kapelle
F: www.facebook.com/Fruitteeltbedrijf-Wisse-687181548068929/
Reportage 12: Ferdy Tolhoek uit 's Heer Abtskerke
Ferdy Tolhoek werkt als gewasbeschermingsspecialist voor de Centrale Adviesdienst Fruitteelt (CAF) en is tevens fruitteler. Eind 2017 kochten zij hun eerste KWH-spuit: een dwarsstroom enkelrijer. Ik bezocht hem en zijn vader op hun bedrijf in het Zeeuwse ’s Heer Abtskerke.
Wanneer ik Ferdy Tolhoek ontmoet voor het interview, is zijn vader René juist aan het spuiten op één van hun appelpercelen. “We spuiten preventief tegen schurft omdat we regen verwachten”, vertelt Ferdy. In de boomgaard rijdt zijn vader met een Fendt en spuit-maaicombinatie van een Perfect maaier en KWH dwarsstroom. Na een praatje en een kleine fotoshoot vervolgen we het interview.
Ferdy en René Tolhoek in hun boomgaard.
Foto: Fruitteeltonline
Spuit-maaicombinatie.
Foto: Fruitteeltonline
KWH
“We rijden het tweede seizoen met KWH” vertelt Ferdy, die zijn vader helpt in het bedrijf maar het grootste deel van zijn tijd actief is bij de CAF. “Eind 2017 kochten we deze spuit, voor die tijd hebben we nooit KWH gereden.” Hoe kwam hij tot deze beslissing? “Je hebt nu DRT-klassen op de middelen staan, maar men gebruikte toen nog merknamen. De DRT-lijst was in ontwikkeling maar wij stonden voor de keuze om te investeren. En toen hebben we gezegd: KWH staat regelmatig met de drierijer op de labels van middelen benoemd, het is een partij die duidelijk in ontwikkeling is met zijn machines. Nu zijn er meerdere volgend daarin, dat is positief, maar toen liep o.a. KWH nog beduidend voorop. Daarom hebben we toen voor KWH gekozen. En vanwege het VLBS (Variabele Luchtondersteuning Balanssysteem), de automatische luchtsturing. We wilden een partij die zou blijven meegroeien met de ontwikkelingen.”
Hij vervolgt: “Er zijn nu meerdere erkende partijen en de DRT-klassen zijn ingevoerd, waardoor veel meer mogelijkheden zijn ontstaan. Plus dat we sinds dit jaar te maken hebben met de wettelijke eis om minimaal 75% driftreductie te realiseren. De windsingels kunnen jaarlijks vanaf 01-05 t/m 50% van de bladval meegenomen worden voor de driftreductie. Het voordeel van KWH is wel dat we de machine ook op de laatste rij dubbelzijdig kunnen gebruiken vanwege het VLBS-systeem. Zonder dit systeem zouden we de laatste rij eenzijdig moeten spuiten.” Ferdy hoopt bovendien dat KWH zodanig in ontwikkeling blijft dat bij aanpassingen aan de huidige machine een hogere driftreductieklasse gerealiseerd kan worden. Dit vind ik belangrijk, zeker omdat ik weet dat toelatingen van voornamelijk nieuwe insecticides erg moeilijk liggen op dit front.” Een machine op de groei dus? “Ja. KWH is denk ik wel voortdurend aan het innoveren hierin.”
Close-up KWH dwarsstroom in actie.
Foto: Fruitteeltonline
Ervaring tot nu toe
Wat vind je van de machine tot nu toe? “Goed, in één woord”, zegt Ferdy. Hij denkt even na. “De machine is compact. Je kunt goed bij de vulopening van de watertank die erop zit. Verder is hij onderhoudsvriendelijk. Een aandachtspunt vind ik de polyester mast. Onze ervaring is dat er snel een stuk uit kan slaan als er een tak tegenaan slaat. En een klein detail vind ik dat je het kraantje om je handen te wassen snel eraf rijdt. Dat zie je bij meerdere telers, daar zouden ze ook eens naar moeten kijken. Maar dat is maar een detail."
Hij vervolgt: “Verder is de gewichtsverdeling van de spuit op de weg goed, voornamelijk van belang wanneer dat de maaier ertussen hangt. Wij hebben de meeste percelen buitenaf dus dat is prettig. En hij is gebruiksvriendelijk. Dat is ook een belangrijke wens van mijn vader, het moet gewoon een simpele bediening zijn. Waar wij bij de nieuwe spuit beiden aan moest wennen, is dat je bij deze niet door de mast heen kunt kijken en bij de vorige wel. En hij is iets langer dan de vorige spuit. Maar ook dat is een detail.”
Ferdy adviseert klanten zelf niet over machines, wel over de doppen. “Telers vertellen me dan hoe snel ze rijden en hun voorkeur in waterhoeveelheid, dan adviseer ik welke doppen ze moeten nemen. Met de serie venturidoppen die we nu hebben, kunnen we met meerdere type doppen goed uit de voeten.”
Ferdy is de enige van zijn broers en zussen die intensief helpt in het fruitbedrijf en voegde in 2013 officieel in. Zijn broer draagt ook met regelmaat zijn steentje bij.
Ferdy en zijn vader René Tolhoek. Foto: Fruitteeltonline
“Vroeger hebben we ook gesorteerd, nu houden we het eenvoudig”, vertelt Ferdy. “We zijn van origine meer teeltmensen. Daardoor zie je je product enerzijds minder terug, dat is wel jammer. Bij de sortering ga ik wel eens kijken. Maar het geeft ook rust want vroeger was je er steeds mee bezig en daarnaast heb ik ook mijn baan bij de CAF.” Het bedrijf bestaat uit 12,7 hectare teelt, waarvan 5 hectare peren (Conference en klein beetje Lucas en Doyenné du Comice) en de rest appel (met als hoofdras Junami, daarnaast Rode Boskoop, Jonaprince en Sissi Red).
Waarom telen zij eigenlijk geen Elstar? “Mijn vader heeft 13 jaar geleden ingestoken op een conceptras. Toen was er een groot aanbod van nieuwe rassen en hij heeft dit ras gekozen als aanvulling op het Elstar-segment. Junami is juffertje in de teelt, bewerkelijk en dat willen we graag terugzien in de prijs. Helaas worden ze in Nederland niet meer aangeplant, wat al genoeg zegt. Ik vind het jammer. Want het is een superappel op het gebied van smaak en uitstalleven. Straks met de vervanging kiezen we voor een ras dat past op het bedrijf. Met het aanbod van de nieuwe rassen op dit moment, is dat nog niet zo eenvoudig. Ik ben er nog niet uit. Maar we moeten ons als fruitteelt-Nederland wel zo goed mogelijk blijven onderscheiden van het buitenland.”
Junami-boomgaard.
Foto: Fruitteeltonline
En wat houdt je werk bij de CAF in? “Mijn werk daar bestaat voor 70% uit onderzoek en 30% advies”, vertelt Ferdy. We testen middelen die in afwachting van toelating zijn en proberen de nieuwe ontwikkelingen twee stappen vooruit te blijven door op voorhand nieuwe oplossingen te onderzoeken. Verder voeden we CropSolutions met kennis en bieden advies. Mijn werkgebied is vooral de Betuwe en Zeeland. Ik werk fulltime voor de CAF maar in de winter ben ik wel vaker thuis voor de snoeiwerkzaamheden. En tijdens de pluk ben ik een groot gedeelte van de tijd thuis. Het werk is goed te combineren omdat de pieken bij de CAF en op het bedrijf thuis niet samenvallen. Thuis let ik ook op de ontwikkeling in de percelen, maar gelukkig voert mijn vader onder andere de bespuitingen uit. Fruitteelt is echt zijn hobby, en ik zie hem er ook niet gelijk mee stoppen.” vertelt Ferdy.
Fruitteelt altijd in beweging
Wat vind je het mooist aan de fruitteelt? “Het mooie vind ik dat niet één jaar hetzelfde is. De ontwikkelingen staan nooit stil. Het is altijd uitdagend om een topproduct te telen, zeker in deze tijd. Het wordt ons niet makkelijk gemaakt gezien de (boven-)wet- en regelgeving, maar dat is ook een uitdaging. Er komt wel veel op ons af. En de vraag is altijd: wat is een goed product? Rot fruit kunnen we niet verkopen. Maar tegelijkertijd merken wij wel dat het gebruik in het aantal middelen omlaag moet. Dit kan soms met elkaar botsen. Of de consument moet iets minder gaaf fruit accepteren, maar dat zie ik nog niet gebeuren.”
Hij vervolgt: “Ik vind wel, als het gaat om de fruitteelt, dat de inzet van de fruittelers wat meer beloond moet worden. Als je ziet wat de telers de afgelopen 5-10 jaar hebben gedaan in het verbeteren van de techniek en het werken aan een geïntegreerde aanpak, dan zijn er grote stappen gezet. Vooral de laatste 5 jaar. Ik vind dat heel uitdagend. Maar tegelijk weet ik: zonder de conventionele middelen kunnen we niet, gezien de klimatologische omstandigheden waarin we telen. Daar ligt wel een basis, maar daarnáást kunnen we heel veel met de geïntegreerde aanpak en daar wordt heel hard aan gewerkt.”
Het voordeel voor fruittelers is volgens Ferdy de meerjarige teelt. “Ik zie pluspunten binnen m’n werk en ook stappen die inmiddels gezet zijn binnen ons bedrijf, bijvoorbeeld in het bestrijden van de perebladvlo. Ik hoop eigenlijk dat de kwaliteit van het middelenpakket zoals het nu is, blijft. Er moet niet veel meer uit, we zijn nu wel op het punt van ‘even rustig aan’. De ontwikkelingen van de groene middelen gaan wel hard en er wordt veel mee behaald. Het is een bouwsteen in het geheel maar deze middelen zijn niet zo stabiel als de conventionele middelen. Onderzoek hiernaar duurt meerdere jaren, die tijd moet er wel zijn.”
Volgens Ferdy staan we als fruittelend Nederland sterk in het kwalitatief goed fruit telen. Maar dat moeten we ook behouden. Hoe moet dat volgens hem? “Dat moet met een gerichte en doordachte aanpak. Dit doet de teler zelf in de boomgaard in combinatie met de adviseur. En de retail heeft een stem, dat wordt je min of meer opgelegd en een teler zou hier ook eens wat meer voor beloond moeten worden. Maar ga je er niet in mee, dan snijd je een deel van je afzetkanalen af. Wij hebben bijvoorbeeld Junami, onze afzet is de binnenlandse markt. Dus we moeten wel PlanetProof zijn. Het is ergens wel goed dat er eisen zijn, maar het is wel belangrijk dat de grip behouden blijft. Dat er ook wel eens op de rem getrapt wordt.”
Reportage 11: Jan Kutschruiter uit Kraggenburg
Afgelopen week was ik opnieuw te gast in Kraggenburg in de Noordoostpolder. Tussen de akkerbouwers en een verdwaalde veeteler ligt daar het 60 hectare tellende fruitteeltbedrijf van Jan en Maya Kutschruiter. Mijn eerste interview aan de picknicktafel buiten dit jaar.
Foto: Fruitteeltonline
Terwijl de zon al langzaam zakt zit ik met Jan Kutschruiter en een kopje koffie buiten aan tafel. Op zijn 18e kwam hij in het bedrijf van zijn ouders, zijn vier zussen kozen hun eigen weg. Het bedrijf groeide van enkel 11 hectare teelt naar 60 hectare met 4000 ton koeling en ongeveer 10 miljoen kilo sortering per jaar. Een simpel bedrijf naar eigen zeggen, met slechts twee vaste mensen buiten en twee binnen.
Waarom is hij eigenlijk fruitteler geworden? Jan: “Ze zeiden vroeger al dat ik eerder kon trekkerrijden dan lopen. Ik was altijd al volop in het bedrijf bezig, het is een hobby van me.” Wat maakt het telen leuk? “Het onvoorspelbare, er gebeurt altijd wel wat. Het weer steeds meemaken vind ik het mooist, ik ben echt een buitenman. Alhoewel ik tegenwoordig ook veel binnen ben. Maar laat mij maar lekker tussen de bomen snoeien en van alles doen.”
Grasstroken zojuist bemest. "Wij houden van dikke grasmatten".
Foto: Fruitteeltonline
En kom je daar als eigenaar van het bedrijf aan toe? “Ja. Sinds een jaar hebben we binnen weer een goeie man erbij, daardoor kan ik weer meer naar buiten. Mijn medewerkers werken heel zelfstandig. Als ik bijspring, dan doe ik hand- en spandiensten, maar zij bepalen. Ziektebestrijding buiten bemoei ik me niet mee, teelt maar gedeeltelijk. Mijn vaste mensen hebben gewoon heel veel verantwoordelijkheid en dat wil ik ook. Het maakt het werk voor hun denk ik ook aantrekkelijker. Ik zou niet elke dag opdrachten willen krijgen die ik moet uitvoeren.”
Boomgaard Kutschruiter. Foto: Fruitteeltonline
Kutschruiter zit in een B.V. samen met zijn vrouw. Hun teelt bestaat voornamelijk uit appels: 29 hectare Elstar en 16 hectare Jonagold. Verder nog 13 hectare Conference en 2 hectare Sweet Sensation. Waarom die laatste? “Toch een keer weer wat nieuws proberen. Sweet Sensation hebben we nu een jaar of acht. In de beginjaren hebben we erge pech gehad, toen hadden we die strenge vorst van -22C. We hadden toen veel uitval maar daar zijn we nu door, de laatste paar jaren gaat het goed.” De afgelopen jaren heeft Kutschruiter veel geplant. “De gemiddelde leeftijd van onze bomen is 6-7 jaar. Dit jaar hebben we voor het eerst sinds lange tijd niet geplant.”
Alle afzet gaat via The Greenery, ook is Kutschruiter één van de grootste sorteerders voor hen. “Maar alleen appels, onze peren laten we ergens anders sorteren”, vertelt hij. “Wij zijn echt een appelbedrijf gebleven. We hebben meer vertrouwen in appelen.” Wat is daar de reden van? Hij denkt even na. “Door de jaren heen hebben wij ons rendement gedraaid met de appels en niet met de peren.”
Koel- en sorteerhal Fruitbedrijf Kutschruiter. Foto: Fruitteeltonline
Momenteel is Jan Kutschruiter veel binnen bezig, maar niet met sorteren. Sinds kort staat er een nieuwe Greefa verpakkingsrobot en moet er van alles worden verplaatst. “We zijn een van de eersten met deze machine”, vertelt hij. “Personeel wordt steeds moeilijker, met deze machine vervang ik ongeveer 6 mensen aan arbeidskracht. Met onze volumes kan zo’n machine uit.”
Nieuwe Greefa verpakkingsrobot. Foto: Fruitteeltonline
Al pratende komen we op het onderwerp milieucertificeringen. Hoe kijkt hij hier tegenaan? “Wij doen alles qua certificering want we willen nooit ‘nee’ hoeven te zeggen tegen de klant. We hebben Global Gap, PlanetProof, Milieukeur, BRC en Nature’s Choice. Vanaf dag één hebben we altijd meegedaan. Ik ben het er helemaal niet mee eens dat er geen vergoeding voor de teler tegenover staat, dat zou logisch zijn maar dat is er niet. Maar we moeten er toch in mee.”
Hij vervolgt: “Het mooie is wel dat als je vanaf het begin meedoet, je ook ziet wat niet haalbaar is. Dan ga je in overleg met bijvoorbeeld de mensen van PlanetProof en die staan er ook open voor. Daardoor zijn sommige regels naderhand toch weer versoepeld of gewijzigd, omdat we dit hebben aangegeven. Als je er niet in meegaat, dan kun je er ook niet in meepraten.”
KWH
Dan komen we op het volgende onderwerp. Jullie gebruiken machines van KWH, was dat altijd al zo? “Nee, we reden een spuitmachine van een ander merk, ik denk wel 25 jaar lang. Toen kwam dat merk een drierijer, dat was toen een hele vooruitgang. Mechanisatiebedrijf Dijkstra Langeweg hier in het dorp begon toen KWH te verkopen. Ik vind KWH een degelijke machine, simpel qua uiterlijk maar met alles erop en eraan. We gebruiken nu de derde of vierde drierijer van KWH, dit jaar hebben we net een nieuwe gekocht.”
Toch ging het vanaf het begin niet vlekkeloos. “Met de eerste KWH hebben we wat problemen gehad omdat wij ze heel intensief gebruiken: 60 hectare met één spuit. Die eerste was niet zoals wij hadden gedacht. Maar KWH heeft het zelf goed opgelost. De tweede was wel goed.” Het gebruik vindt hij verder goed. “Geen problemen. Maar het dealerschap is ook heel belangrijk. Wij hebben contact met Dijkstra Langeweg, ook voor onze trekkers. We kunnen hen 24 uur, 7 dagen per week bellen. En heeft hij een onderdeel niet dan maakt hij iets zodat we verder kunnen. Dat is voor ons heel belangrijk.”
Vorig jaar heeft Jan Kutschruiter bovendien een KWH enkelrijer erbij gekocht die autonoom gaat rijden. De trekker had alleen wat opstartproblemen. Wat ging er mis dan? “Hij ging af en toe stilstaan waar ‘ie niet moet stilstaan. Dat lijkt nu in orde. Afgelopen week heeft hij alles gemaaid zonder problemen, volgende week gaan we de spuit testen met water. Als dat goed gaat, dan kan ‘ie aan de gang.”
Uitleg natuurlijke rui. Foto: Fruitteeltonline
“Dus autonoom spuiten?”, vraag ik. Jan kijkt vragend terug, “Waarom niet?”. Ik vertel dat ik van telers hoor dat ze dat niet aandurven omdat je er niet bij bent als er iets gebeurt. Jan: “Ik zie dat eerder op de telefoon dan dat de teler het ziet in de boomgaard. We kunnen de druk instellen, dus zou je er een dop af rijden dan loopt de druk direct terug en valt het stil. Kijk en als je ’s avonds spuit en het is donker, dan zie je de dop ook niet. Maar de computer ziet het wel als de druk verandert.” Volgens hem is het dus zeker zo veilig.
Toch hebben ze ook de drierijer in gebruik. “Heel vaak moet het spuiten in hele korte tijd gebeuren, dan doet die enkelrijer niks natuurlijk. Dat is alleen voor het onderhoud en dan maait ‘ie gelijk, maar met een ziekte- of plaaguitbraak pakken we de drierijer.”
Ook de aanschaf van de autonome trekker en bijbehorende machines deed Jan Kutschruiter bij Dijkstra Langeweg. “Dat hebben zij geregeld voor ons. Als er ergens iets niet goed is dan kunnen we hen erop aanspreken. Ik houd er niet van om overal het goedkoopste te halen, als er iets mee is wie moet je dan aanspreken? Dus service en betrouwbaarheid vind ik heel belangrijk. En wat betreft KWH: ik vind KWH goed.”
Jan Kutschruiter. Foto: Fruitteeltonline
Er komen nog meer reportages aan de komende tijd. Fruitteeltonline reist namelijk af naar Zeeland en bezoekt daar diverse telers. Blijf de nieuwsbrief dus volgen!
Contactgegevens:
Fruitbedrijf Kutschruiter
Zwartemeerpad 11
8317 PE Kraggenburg
T: +31 (0)6 50 43 52 38
E: info@fruitbedrijfkutschruiter.nl
W: fruitbedrijfkutschruiter.nl
Reportage 10: Edwin van Rijn uit Marknesse
Afgelopen week reisde Fruitteeltonline weer af naar de Noordoostpolder, deze keer voor een bezoek bij fruitteler Edwin van Rijn in Marknesse. Opnieuw een leuk interview!
Toen ik Edwin van Rijn eerder dit jaar belde of hij mee wilde doen met de reportage, zat hij nog volop in de bouw van een nieuwe hal. Vandaag stap ik dan ook binnen in een gloednieuwe kantine. Met een kopje koffie beginnen we ons gesprek. Eerst even benieuwd, want vannacht was het behoorlijk koud: heeft hij nog beregend? “Om vier uur ging de nachtvorstmelder, die staat bij mij op 0,8 graden. Om half vijf was hij gezakt naar 0,4. Toen heb ik de beregening maar aangezet.” Achteraf bleek het niet nodig, hopelijk zijn andere telers er ook goed vanaf gekomen.
Edwin’s nieuwbouw vervangt een rijtje oude schuren die oorspronkelijk niet van hem waren. Hoe zit dat precies? “Ik kom van een melkveebedrijf uit Schalkwijk, mijn broer is verder gegaan in de koeien”, vertelt Edwin. “Van kleins af aan kwam ik op een fruitbedrijf, ik heb de fruitteeltschool in Tiel gedaan en daarna bedrijfskunde aan de HAS. Daarna heb ik een paar jaar bij een fruitteler in Maurik gewerkt om meer praktijkervaring op te doen.”
Edwin van Rijn in zijn boomgaard. Foto: Fruitteeltonline
En toen kon Edwin in 2008 een bestaand fruitbedrijf in Marknesse overnemen. Hij ging met zijn ouders een maatschap aan en nam de sprong in het diepe. Veel aanplant was aan vervanging toe, inmiddels teelt Van Rijn zo’n 19 hectare peren (Conference, Doyenne du Comice, Lukas en een beetje Gieser Wildemann voor de bestuiving) en 2 hectare appels (Elstar en een stukje Delcorf). Die laatste is voor hun goedlopende winkel ‘Het Vershuus’ (klik link) in Ruinen, Drenthe, welke Edwin en zijn partner Joyce met twee andere bedrijven runnen.
Op zijn bedrijf heeft Edwin ondersteuning van twee Poolse jongens die er bijna het jaar rond zijn. “In de pieken vul ik aan met los personeel. Dat gaat wel steeds moeizamer.” Mede om die reden bevat de nieuwbouw bij Van Rijn ook een woongedeelte voor 8 medewerkers. Volgens Edwin kan goede huisvesting net het verschil maken voor het wel of niet vinden van personeel. Verder bevat de hal ruimte voor opslag van fruitkisten en machines, twee koelcellen voor tijdelijke opslag, een vulplaats en een werkplaats. Een stukje verderop heeft hij een gezamenlijk koelhuis met twee andere telers. Daar kan hij bijna zijn hele oogst in kwijt.
Nieuwe vulplaats. Foto: Fruitteeltonline
Waar verkoopt Edwin zijn fruit? “Ik verkoop alles via Service2Fruit. Dat doe ik eigenlijk al sinds het begin. Het bevalt me heel goed. Ik kijk er ook elke dag op om de handel te volgen”, vertelt hij. Ik vraag hem of het volgens hem goed zou zijn voor de markt als meer telers dit zouden doen? “Ja, ik denk het wel. Zelf zie ik het zo: elke cent die je meer kunt krijgen voor je product hoef je niets voor te doen. Zeker met zoveel kilo’s tikt dat wel door.”
We spreken over de fruitprijzen en bewustwording bij consumenten wat betreft producten van eigen bodem. “De kloof tussen fruitteelt en consument wordt steeds groter”, geeft Edwin aan. “Mensen zijn zich niet bewust hoe hard we ervoor werken en hoe dat allemaal werkt. Dat moeten we denk ik meer laten zien. Het gebeurt al wel maar ik denk dat daar nog meer in te behalen is. Maar dat moet je als hele sector doen want in je eentje kun je dat niet. De meesten zijn gewoon fruitteler en hebben geen tijd en kunde om dat goed te doen.”
Dat brengt ons op het telen zelf. Het lijkt me niet niks om tegenwoordig fruitteler te zijn? “Met alleen maar goed fruit telen red je het vandaag de dag niet meer”, meent Edwin. “Natuurlijk, je moet een heel goed product telen, maar er komt ook heel veel omheen kijken. Die dingen er omheen geven mij wel veel uitdaging. Ik zou niet alleen maar tussen de bomen willen zijn.”
Late bloei Elstar als gevolg van de kou. Foto: Fruitteeltonline
Zo gaat Edwin altijd kijken als zijn fruit wordt gesorteerd. “Ik vind het heel belangrijk om mijn product te volgen. Ik verkoop mijn fruit ongesorteerd maar ga wel altijd bij de handelaar kijken want ik wil weten hoe mijn product uit de cel is gekomen.” Veel telers voelen zich volgens Edwin te druk hiervoor, maar dit is zeker zo belangrijk. “Je moet erbij zijn als het fruit uit de cel komt want daar kun je van leren. Plus het persoonlijke contact met de sorteerder en handelaar, dat wordt ook altijd erg gewaardeerd. Het kost wel veel tijd want vaak moet ik naar het midden van het land rijden en ben een halve dag kwijt. Maar ikzelf vind dat belangrijk.”
Al jaren KWH
Dan komen we op zijn drierijer van KWH. “Ik rijd er nu voor het 6e seizoen mee. Ik heb nog geen gegalvaniseerd frame en je kunt nu wel zien dat er een keer een roestplek op komt. Maar verder is die spuit gewoon goed en heb ik er geen problemen mee gehad. Toen ik hier kwam heb ik het machinepark overgenomen, er stond een enkelrijer van een ander merk. Ik vond de KWH-machine een simpele, degelijke machine met weinig toeters en bellen. Voor ik hem kocht ben ik wel even goed wezen kijken bij een collega en ik volgde de machine natuurlijk.” Op het moment dat Edwin de machine kocht was KWH bovendien de enige met het vlos-systeem en die de driftreductie goed voor elkaar had, ook dat was voor Edwin een voordeel. En de prijs? “Als ik eerlijk ben heb ik niet eens naar andere merken gekeken. Ik wist dat ik KWH wilde.”
Drierijer Edwin van Rijn. Foto: Edwin van Rijn
Je hoort wel eens dat fruittelers liever investeren in een trekker dan een spuit. Edwin reageert: “Investeren in de spuit vind ik belangrijker dan een mooie trekker ervoor hebben staan. Ik heb wel een mooie trekker, maar met die spuit behaal ik de winst. Dan moet je ook heel reëel rekenen vind ik. Natuurlijk, ik hoef mijn eigen uren niet uit te betalen maar je moet je uren wel meerekenen, want ik kan op dat moment niks anders doen wat geld opbrengt. Kijk en daarbij komt natuurlijk het middelenpakket wat we nog hebben, het wordt steeds belangrijker om op het juiste tijdstip te spuiten en dat redde ik voorheen gewoon niet.”
Hij vervolgt: “Ook misschien omdat ik het spuitwerk niet uit handen wil geven hoor, dat vind ik toch wel een heel belangrijk iets. Ik wil weten wat er gebeurt en hoe het gebeurt. Verspilling, het juiste in de tank, de juiste dosering en dat alles op de juiste plek op de boom komt. Ik wil goede kwaliteit telen en gewasbescherming is gewoon een heel belangrijk item daarin, ik wil gewoon dat dat goed is. Daarbij komt ook nog: ik heb geen vaste medewerkers, bij de twee Poolse jongens is communicatie altijd een ding. Dus vooral zo’n belangrijk ding als spuiten zou ik niet graag aan hen overlaten.”
Drierijer Edwin van Rijn. Foto: Edwin van Rijn
En hoe bevalt de drierijer? “Ja, heel goed. Vooral die tijdswinst. Ik moet er niet aan denken dat ik met die enkelrijer alles moet spuiten. Wij hebben één groot blok met rijen van bijna 800 meter. Dan is zo’n machine natuurlijk ideaal.” Hoeveel tijd heb je dan nodig? “Als ik ’s ochtends op een normale tijd begin ben ik ’s middags voor de koffie om 15u klaar, inclusief vullen. En dan heb ik tussendoor ook gewoon gegeten en koffie gedronken.”
En nog storingen gehad in deze jaren? “Meer dan een keer een lekke band en een dop die ik er zelf af heb gereden, heb ik er nooit iets mee gehad. Toen ik hem kocht zat alles al vol in het blad, toen heb ik er wel eens een dop afgereden, vooral in de v-hagen. Maar dat kan ik zelf verhelpen. Verder nooit problemen gehad.”
Contactgegevens:
Fruitbedrijf Van Rijn
Steenwijkerweg 8/2
8316 RJ Marknesse
T: +31-(0)6-53583481
Regelmatige bezoeker in de boomgaard van Edwin van Rijn.
Foto: Fruitteeltonline
Reportage 9: Bert den Haan uit Kerk-Avezaath
Appel- en perenteler Bert den Haan uit Kerk-Avezaath stond ons deze keer te woord voor een nieuwe klantreportage voor KWH. Een interview tussen de bedrijven door!
Fruit telen is een manier van leven volgens Bert den Haan. Deze fruitteler in hart en nieren zit echter niet alleen in de boomgaard maar bekleedt ook diverse functies, waaronder het vicevoorzitterschap bij NFO en voorzitterschap van de Productgroep appel en peer. “Ik ben nog wel eens onderweg”, vertelt hij. Vandaar dat hij zijn bedrijf samen met één vaste medewerker runt.
Het areaal van Bert den Haan telt 27 hectare aan diverse teelten. “Wij hebben 7 hectare Elstar, 6 hectare Kanzi, 2 hectare Golden Delicious en 1,5 hectare Red Jonaprince. Verder 8 hectare Conference, bijna 1 hectare Doyenne du Comice en 1,5 hectare Migo. We hebben 750 ton eigen koeling en de rest zoals Kanzi wordt bij FruitMasters gekoeld.”
Een gevarieerde teelt dus. Zit hier nog veel wisseling in? “Nee, het is een redelijk vaste verdeling. Ik zie meer kansen voor clubrassen, mogelijk komt er nog Migo of Fengapi bij. Elstar blijft de vaste peiler, Golden Delicious en Red Jonaprince vallen in de toekomst mogelijk af.”
Bert den Haan is de negende op rij in deze serie klantreportages die een familiebedrijf runt. Leuk detail is dat hij het bedrijf niet van zijn vader, maar van zijn opa overnam. “Mijn opa en oma hadden vier dochters, waar mijn moeder er één van is. In ’91 kwam ik van de MAS en twijfelde of ik nog de HAS zou gaan doen. Mijn opa had toen een gemengd bedrijf met koeien, akkerbouw en fruit en wilde zijn bedrijf te koop zetten. Toen heb ik ervoor gekozen om niet verder te studeren maar zelf ondernemer te worden.”
Bert den Haan stapte in een maatschap met zijn opa en oma en kon zo het bedrijf overnemen. Dit met goedvinden van de rest van de familie, die blij waren met deze stap. In ’96 bouwde hij het eerste deel van een nieuwe schuur voor 9 hectare fruit, in 2006 kwam daar nog een deel voor 17 hectare bij.
Bert den Haan met zijn dochter. Foto: Bert den Haan
De ouders van Bert springen met regelmaat bij in het bedrijf. In de oogst en met pieken werken ze met Poolse medewerkers. “Dat gaat vrij goed, ik werk zelf al 12 jaar met Polen. Het begon met vier jongens die op een dag kwamen aanrijden, met één van hen werk ik nog steeds samen en hij regelt jaarlijks de mensen. We hebben eigen huisvesting en onze medewerkers krijgen dagelijks een warme maaltijd via een cateraar, daar betalen ze zelf aan mee en dat vinden ze prima. Dan weet ik tenminste zeker dat ze goed en gezond eten.”
KWH
Dan komen we natuurlijk op de vraag over KWH. “In het verleden heb ik altijd KWH gereden want hun oude fabriek in Wadenoijen zat natuurlijk dichtbij. Aan het begin had ik van die ouderwetse spuitmachines met die lage blaasmonden, hoe heten die ook alweer? Toen kwam de dwarsstroomspuit, nu hebben we twee Mistral enkelrijers. Ik kan wel zeggen dat ik al ruim 25 jaar met KWH rijd.” Logisch natuurlijk, met de fabriek in de buurt. “Ja, het zit dichtbij en de prijs-kwaliteitverhouding is ook altijd goed. Ik heb altijd zeer weinig onderhoudskosten aan die spuiten gehad, dat bevalt ons goed. Tegenwoordig kopen we in via Abemec in Geldermalsen.”
Maar geen drierijer dus? “Nee, nóg niet. Ik heb nogal wat kleine perceeltjes en perceeltjes met g-rijtjes. Maar ik zeg niet dat hij er niet gaat komen. De investeringsruimte moet er zijn en mijn vaste medewerker moet ermee gaan rijden omdat ik veel weg ben. Ook bij een drierijer zou ik voor KWH kiezen want het is een degelijke machine en hier in de buurt rijden er ook een paar, die volgen we op de voet.”
Eén van de twee Mistral eenrijers.
Foto: Bert den Haan
Hij vervolgt: “We hebben ook gekozen voor vlos vanwege de driftreductie, we zijn constant bezig met proberen duurzaam fruit te telen. Daarom hebben we ook een aantal bloemenstroken ingezaaid en hebben bijenhotels.” Leuk om te noemen is dat Bert den Haan bij coöperatie ‘De Fruitmotor’ zit. “Van industrieappels maken we cider en appelsprankel. Voor die industrieappels krijgen we een vaste prijs plus een bedragje voor het bio-diversiteitsfonds, daarvan zaaien we weer bloemenstroken in en leggen bijenvriendelijke hagen aan”.
Zijn er nadelen aan de KWH-machines? Bert: “Die oudste mistral, die kap achterop waar de blaasmond op zit, die was aan de lichte kant dus je had snel schade. Maar die laatste van vorig jaar is weer veel beter. Ze kiezen voor materiaal waarvan je soms denkt van ja, hoe kunnen ze dat nou aan de lichte kant maken? Eén keer een tak raken en er breekt een stuk af, het is polyester he. Maar nu is het een stuk verbeterd.”
Tot slot
Is er nog iets wat hij de fruittelers zou willen zeggen? “Nou, ik kom net van een bijeenkomst van PlanetProof af en ik zou tegen de fruittelers willen zeggen: de maatschappij vraagt om duurzame teelt. Laten we met zijn allen zo duurzaam mogelijk fruit telen, binnen de kaders van wat mogelijk is. Het super gezonde en veilige product dat wij telen moeten we nog meer uitdragen naar de buitenwereld, we hebben tenslotte misschien wel het meest gezonde product van de wereld qua residuen.”
Hij vervolgt: “Ik doe bijvoorbeeld ook mee met de Landelijke Appelplukdag in september, dat is zo mooi om je bedrijf en hetgeen je produceert en hoe je dit doet, te kunnen laten zien aan consumenten. Dat zou iedereen moeten doen. We mogen als sector heel trots zijn op wat we telen!”
Contactgegevens:
Bert den Haan
Noordereind 11
4012 B.T. Kerk-Avezaath
T: +31(0)6-51885387
Reportage 8: ‘t Fort Fruit Zeewolde
Voor de klantreportages van KWH was Fruitteeltonline deze week te gast bij ’t Fort Fruit in Zeewolde. Marco Roelofs nam hier het teeltbedrijf van zijn ouders over en specialiseerde zich in Elstar. En hij gebruikt al jaren KWH. Een nieuwe reportage.
Het interview bij Roelofs vindt aan eind van de dag plaats. Terwijl ik aankom schijnt de zon laag over het terrein, en over twee KWH spuitmachines met trekker die op het terrein staan. Op de achtergrond het logo van ’t Fort Fruit op het pand; een erfstuk van Marco’s ouders dat hij met trots voert op zijn bedrijf.
KWH onkruidspuit, enkelrijer en drierijer bij 't Fort Fruit in Zeewolde.
Foto: Fruitteeltonline
Alle 35 hectare perceel van Marco Roelofs liggen rondom zijn bedrijf in Zeewolde. Zijn vader woont vlakbij en is niet meer actief in het bedrijf, zijn moeder is 20 jaar geleden onverwachts overleden. In de jaren ’60 verhuisden zij naar de Noordoostpolder en startten als fruitteeltarbeiders, in hun vrije tijd begonnen zij eigen boompjes te kweken. In 1970 deed zich de mogelijkheid voor om een fruitteeltbedrijf in Biddinghuizen te pachten. In 1983, toen Marco 11 was, verhuisde het gezin naar de huidige locatie in Zeewolde, waar het bedrijf doorgroeide naar 115 hectare, bestaande uit fruitteelt, boomkwekerij en akkerbouw.
Appelbloesem en ondergaande zon. Foto: Fruitteeltonline
Inmiddels hebben Marco en zijn broer ieder een deel van het bedrijf overgenomen. Broer Winnie runt de nabijgelegen boomkwekerij ’t Fort, Marco neemt de fruitteelt voor zijn rekening. In de loop van de tijd legde hij zich volledig toe op Elstar, deels bewust en deels een samenloop van omstandigheden. “We hadden ook een areaal Jonagold Red, maar door de vorst in 2010/2011 is veel bevroren. Twee hectare bleef goed en staat er nog, de rest heb ik gerooid. Trouwens apart om te noemen: ik had dat jaar ook een proefje Elstar mutant staan, een half rijtje maar. Die was niet bevroren, geen één boom was dood.”
Afgezien van het restje Red Prince teelt Marco op 33 hectare netto tegenwoordig alleen nog Elstar. Daarvan is 28 hectare ingeplant, volgend jaar komen er nog 5 bij. Waarom Elstar? “Wij verkopen laat in het jaar, Elstar kunnen we vroeg plukken en lang bewaren. We zijn een echt teeltbedrijf met veel van hetzelfde, hebben een koelcel vol in 2-3 dagen en dan hup naar de volgende. Heel constant.” Marco draait het bedrijf samen met een aantal vaste Poolse krachten. Waar nodig springt zijn vrouw bij. Ze hebben eigen DCA-koeling, hun afzet gaat via Best Of Four.
Fruitkisten 't Fort Fruit. Foto: Fruitteeltonline
Is je werk routinematig? “Nou, het is toch elk jaar weer anders hoor. Het is geen abc’tje. Vorig jaar hadden we bijvoorbeeld een hele goeie zetting, er zat veel te veel aan. We dachten te moeten dunnen maar kort daarna kwam er een harde rui. Het is niet te voorspellen.”
Deze dynamiek maakt het werk volgens Marco leuk en soms ook niet leuk. Hij geniet van de afwisseling en een bepaalde vorm van vrijheid. “Terwijl je eigenlijk nooit vrij bent”, vult hij lachend aan. Op vakantie let hij toch altijd via zijn telefoon op of alles goed gaat met de koeling. En wat is er minder leuk? “Het weer soms hè. Het weer kan het je soms beroerd maken. Als je er een hagelbui overheen krijgt, da’s niet leuk. Wij hebben 16 hectare onder netten maar je baalt toch van het stuk dat verhagelt is. De aankomende 5 hectare gaan we ook onder netten plaatsen.” Een voordeel van deels onder netten telen vindt hij dat je de pluk daardoor iets kunt spreiden.
16 hectare Elstar onder hagelnetten. Foto: Fruitteeltonline
KWH
Hebben jullie altijd al KWH gehad? “In het verleden niet, maar al wel heel lang. Eerst hadden we twee enkelrijers, in 2009 kwam de eerste drierijer. KWH begon toen net met deze machine, wij hadden de vijfde die ze hebben gemaakt. Die hebben we vier jaar gehad. Toen ingeruild voor een blauwe van de nieuwe serie. Daar heb ik vijf jaar mee gespoten. En nu heb ik deze sinds vorig jaar.”
Met welke reden kiezen jullie KWH? “Het is gewoon een simpele spuit en er kan weinig aan kapot. Een spuit moet het gewoon doen, er moeten niet teveel toeters en bellen op zitten. Hiervoor hadden we een ander merk, een mooie dwarsstroom met allerlei lagertjes. Maar er ging steeds weer iets kapot.”
Hij vervolgt: “De drierijer hebben we vanwege de capaciteit aangeschaft. Ik vind het belangrijk om een paar keer per week de hele boomgaard te zien. Je bent drie keer zo snel met deze machine. Vroeger was het rijden rijden rijden om het af te krijgen, dit werkt veel prettiger. En ik kan nu alles in mijn eentje spuiten.”
Windmolen met logo 't Fort achter de boomgaard. Foto: Fruitteeltonline
Autonome tractor
Toch gebruikt Marco ook de enkelrijer, sinds kort heeft hij namelijk een autonome trekker. Wat is de reden hiervan? “Het is een hulpje erbij, vooral voor het maaien. We hadden eerst een maaier voorop tijdens het spuiten, maar het houdt op en in de rijen met hagelnetten kun je niet om en om met de sporen. En ik vind het ook vervelend werk als je klaar bent met spuiten om dan nog een keer rond te moeten. Vandaar dat we nu alles autonoom maaien. Ook spuiten kan autonoom, alleen het onkruidspuiten durf ik niet aan. Ik wil zien wat er gebeurt.”
Marco vindt de generaties drierijers steeds beter geworden, KWH heeft volgens hem goed geanticipeerd op de praktijk. “En nu is alles gegalvaniseerd, dat wilde ik ook graag. Bij de 3e generatie zijn de cassettes ook wat zwaarder, de puntjes zijn op de i gezet. Ze zijn door blijven ontwikkelen.”
Wel gebruikt Marco een andere computer. “Ik heb er een Müller op laten zetten. Eigenlijk wilde ik helemaal geen computer, gewoon simpel met een schakelaar en drukmeter. Maar ik sprak iemand die wat slechte ervaringen met KWH’s computer had. Abemec verkoopt Müller en raadde mij dit aan, het was een beetje hun initiatief. Müller is toch een wat betrouwbaarder systeem, je kunt er alles mee aansturen. Je kunt spuiten uitwisselen en het werkt met isobus. Dus stel mijn trekker gaat kapot, dan kan ik hem wisselen want het is allemaal hetzelfde systeem.”
Marco Roelofs bedient Müller computer. Foto: Fruitteeltonline
Op het dak van de tractoren zit een compleet weerstation. “Die meet ook de snelheid en de richting van de wind ten opzichte van het rijden. De vlos stuurt het geheel aan.”
Weerstation op trekkerdak.
Foto: Fruitteeltonline
Contactgegevens
't Fort Fruit M.J. Roelofs V.O.F.
Sterappellaan 6
Zeewolde
Reportage 7: Van Driel Fruil in Geldermalsen
Meer in het hart van de fruitteelt vind je ze bijna niet. Fruitbedrijf Van Driel beslaat 25 hectare appel- en perenteelt aan de rand van Geldermalsen. Fruitteeltonline zocht hen op voor een nieuw interview voor KWH.
Op een unieke plek aan de rand van Geldermalsen bevindt zich sinds 1904 het agrarisch bedrijf van de familie Van Driel. Overgrootvader Van Driel startte destijds met een gemengd bedrijf. In de loop van de jaren was veeteelt niet meer haalbaar en bleven akkerbouw en fruiteelt over. Opa en vader volgden hem op, in 1997 voegde de huidige eigenaar Wilfred van Driel in in het bedrijf van zijn vader, twee jaar later volgde zijn broer. Akkerbouw werd ook afgestoten en de broers gingen volledig over op de teelt van appels en peren. Het bedrijf groeide uit naar 25 hectare teelt verspreid over twee percelen, waarvan de helft Conference en de andere helft de appelsoorten Jonagold, Red Prince, Elstar, Boskoop Goudreinet en Sisi Red. Ik spreek vandaag met Wilfred.
Wilfred van Driel (foto: Fruitteeltonline)
Welke van deze appels is favoriet? “Elstar kent heel Nederland, is het makkelijkst voor de retail en de lekkerste appel. Jonagold is het makkelijkst om te telen.” Van Driel teelt, sorteert en verpakt zelf. De afzet gaat grotendeels via Fruit Masters die bijna om de hoek zit, ze sorteren ook voor hen. Verder gaat het fruit naar kleinere groentemannen en detailhandels in de omgeving.
We zitten in de keuken van hun huis, door het raam kijk ik tegen het huis van zijn ouders aan: een echte ouderwetse boerderij. Zijn ouders doen het inmiddels rustig aan, ondertussen lijkt de oudste zoon van Wilfred, nu nog 12 jaar, dezelfde liefde voor de fruitteelt te hebben. Wat vindt Wilfred zelf van de fruitteelt?
“Heel leuk en boeiend. Alleen alle wet- en regelgeving en het geneuzel er omheen wordt steeds meer en moeilijker. Als je jong bent gaat dat makkelijker, als ik zie hoe snel mijn kinderen met alles zijn. Voor ons komt het er allemaal bij, fruit telen is fruit telen, als daar iets van regelgeving bij komt is het prima, maar het moet niet overtrokken worden.”
Tijdens ons gesprek komen Wilfred’s broer en zijn vrouw binnen. Zij is Poolse, jaarlijks huisvest Van Driel dan ook een vaste groep Poolse familie, vrienden en bekenden. “We hebben eigen huisvesting gebouwd, inpandig in de loods. In de echte piek hebben we soms nog een paar krachten extra via het uitzendbureau, maar voornamelijk onze eigen mensen.” Hebben jullie altijd genoeg mankracht? “We krijgen het nog altijd rond maar het wordt wel steeds moeilijker om goeie mensen uit Polen te vinden. Personeel wordt denk ik wel een knelpunt in de toekomst.”
Eigen sortering en koeling bij Van Driel Fruit (foto's: Fruitteeltonline)
Klant van KWH
In de loods is men ondertussen volop bezig met sorteren. Achter de loods is de schuur waar een nog bijna nieuwe KWH drierijer staat. “Wij hebben vroeger altijd KWH gehad, zelf heb ik drie machines gehad. Dat waren allemaal dwarsstroom enkelrijers. Het was een logische keuze want hun fabriek in Wadenoijen zat dichtbij. Het is altijd goed bevallen, een degelijke spuit. Wel een zware machine.”
Om die reden stapte Van Driel een aantal jaren terug over op een ander merk. “Daar hebben we ook veel plezier van gehad, nog steeds. Het is een lichte spuit, dat scheelt veel brandstof. Ondertussen zag ik bij de grote bedrijven in de buurt de drierijers rijden en ik dacht: zou dat hier ook kunnen? Je hoort verhalen van dingen die kapot zijn gereden, dat je grote koppen nodig hebt, etc. Uiteindelijk heb ik Abemec gebeld of ze niet een oude drierijer hadden staan om te kunnen proefrijden. Ik kreeg hele nieuwe machine. ’s Avonds ben ik direct met meststoffen gaan rijden en ja, dat viel alles mee.”
Hij vervolgt: “De volgende dag heb ik een gewone bespuiting uitgevoerd en dat ging perfect. Ik heb kleine kopeinden van 6 meter met een windscherm maar dat was ook geen bezwaar, als je maar voorzichtig doet. Ook met die computer en vloeistofafgifte, het klopt allemaal precies. Kijk en qua tijd, afgelopen jaar spoot ik 21 hectare en volgend jaar 25 hectare, ik spuit nu 4-5 hectare per uur en ben gewoon veel sneller rond.”
Van Driel heeft nu precies een jaar gereden, tot nu toe zonder problemen. “Je hebt een enorme tijdswinst en die tijd kan ik gebruiken voor sorteren of in de boomgaard. En wat je ook bij andere telers leest: je kunt korter erop zitten en beter timen. Wij spuiten preventief, maar ook bij infectie heb ik in 3 uur het hele bedrijf appels gespoten. Dat gaat met een andere machine niet!”
Voor de drierijer staat een Fendt 210 van 100pk. “Die pk’s heb je ook wel nodig. En qua verbruik, ik heb gisteren nog gekeken, ik zit op ongeveer 3 liter per hectare. Dat is gemiddeld genomen inclusief rijden en mengen. Kijk, per uur pakt ‘ie veel maar je doet ook veel hectares natuurlijk. Hij verbruikt 13 liter per uur maar ik doe op een groot blok dus wel 5 hectare. Je bespaart het meest in arbeid en trekker-uren.” En het gebruikersgemak? “Heel simpel te gebruiken. Niet ingewikkeld.”
KWH drierijer, eind 2017 aangekocht (foto: Fruitteeltonline)
Vervolg
Van Driel rijdt niet met een maaicombinatie. “Wij maaien veel minder, dat zit tussen de oren. Ik vind het niet zo erg om het gras te laten staan, vanwege Planetproof heb je sowieso een maaibeleid en voor het klimaat en de biodiversiteit is het veel beter. Waar we eerder om de tien dagen maaiden, maaien we nu om de drie weken.” Ook voor Planetproof vindt hij de KWH-machine een voordeel. “Je hebt een spuit waar je punten voor krijgt in je certificering. Die hebben wij al, maar het wordt steeds belangrijker.”
Zijn er ook nadelen aan de machine? “Tot nu toe heb ik die niet ondervonden. Alleen als ik hem nu weer zou kopen, dan zou ik er andere banden onder doen. Ik heb nu de originele van de fabriek maar ik had graag iets hardere zodat ik minder kans op lekke banden heb. Ja, ik heb al een lekke band gehad.”
Heeft hij zich eigenlijk door KWH laten voorrekenen? “Nee ik heb niks laten voorrekenen, ik moest gewoon sneller rond zijn dus ik hoefde niks uit te rekenen. Voor mij is dit het goedkoopst, ik heb natuurlijk wel gekeken wat zo’n machine kost maar wij moesten gewoon aan de eisen voldoen. En ik wilde ook in één keer aan alle eisen voldoen en dan kom je op die spuit uit. Het is in principe de spuit met hoogste driftreductie waar je het makkelijkst middelen mee kunt spuiten.”
Nog advies voor andere telers? “Als je er tegenop ziet, probeer hem dan eerst en vraag een demo aan. Als dat je bezwaar is zeg maar. En andersom: kleinere bedrijven kunnen ook heel goed uit met een enkelrijer natuurlijk. Dat hebben wij ook altijd gedaan.”
Contactgegevens
Mts. G. van Driel/G.M. v Driel
W.F. van Driel/J.H. van Driel
Tielerweg 25
4191 NE Geldermalsen
Reportage 6: Fruitbedrijf De Jongh in Marknesse
Jan Willem De Jongh stond met zijn kleine perenteelt voor de keuze: stoppen of doorgaan in een andere vorm. Stoppen was geen optie en de biologische teelt trok al jaren. Drie jaar geleden schakelde hij om. Eén van de aanpassingen was een nieuwe KWH Mistral dwarsstroomspuit. Fruitteeltonline sprak deze week met hem.
Vanwaar een omschakeling?
Jan Willem De Jongh: “Ja, dat is een proces geweest. Ik had al vanaf 1999 interesse in bio-teelt, heb toen ook een cursus gedaan. Alleen toen was het nog echt pionieren en een groot risico als je zou omschakelen. Er was ook nog geen echte markt dus je moest echt idealistisch zijn. Maar sinds een paar jaar zit het best wel in een lift, je ziet het steeds meer in supermarkten. En omdat ik niet zo’n groot bedrijf heb had ik een aantal keuzes: op termijn stoppen, groter worden, een winkel beginnen, of biologisch. Dat laatste is het geworden. Stoppen wilde ik niet, een winkel is niks voor mij en schaalvergroting moet je ook willen. Bio leek me een hele goede keus en dat heeft ook bijzonder goed uitgepakt.”
Jan Willem is nu drie jaar bezig, aankomend jaar verkoopt hij zijn eerste biologische oogst, wat via Best of Four volledig door Stoker Vogelaar wordt afgenomen. “Qua teelt is het me heel erg meegevallen, qua ziektes en plagen en opbrengsten. En verleden jaar had ik een beetje mazzel zeg maar dat er weinig bio fruit beschikbaar was, toen had ik omschakelfruit en dat mag je vermarkten als het bio op is, dus dat heb ik goed kunnen verkopen. Dit jaar is het wat moeilijker omdat er meer omschakelaars zijn maar het gaat langzaam wel weg.”
Zijn vader trok in 1963 vanuit de Betuwe naar de Noordoostpolder en groeide van 6 naar 12 hectare met hoofdzakelijk appelteelt. In 1993 nam Jan Willem het over en verving de appels langzaamaan voor Conference. “Dat waren economische redenen. Het is een makkelijke teelt en peren doen het hier heel goed. En ik vind het ook een mooie teelt.” Op dit moment bestaat het bedrijf uit 7,5 hectare peren, 2 hectare Braeburn en 1 hectare rode Goudreinetten. Mist er dan niet nog oppervlak? “Dat klopt. Vanwege de omschakeling naar biologische teelt heb ik het bedrijf verkleind. Je moet snel kunnen reageren en snel rond kunnen. Dat gaat goed.”
Perenboomgaard Fruitbedrijf De Jongh (foto's: De Jongh)
En hoe bevalt de biologische teelt?
“Ik ben zelf heel enthousiast over bio-teelt, ik zou niet meer terug willen. De gangbare teelt moet alleen maar groot en veel en voor zo laag mogelijke prijs, liefst onder de kostprijs. Dat wil ik gewoon niet meer, dat is een gepasseerd station voor mij. Toen ik met bio begon dacht ik in het begin wel: een beetje apart allemaal. Maar eigenlijk valt het heel erg mee. Je moet meer aan strategie doen in plaats van symptoombestrijding. Ik ruim dus goed het blad onder de bomen op en houd er met bemesting ook heel erg rekening mee. Zorgen dat je niet die hele snelle groei krijgt, je hebt dan minder opbrengst maar uiteindelijk wel een sterkere boom en vrucht. De opbrengst is volgens mijn ervaring zo’n 70% van gangbaar, als ik het vergelijk met wat ik in het verleden teelde. Ik gebruik nu biologische kippenmestkorrels, maar ik heb nog 3 hectare over en daar ga ik Lucerne planten. Dat maaisel ga ik gebruiken als meststof, een soort compost. Dan produceer ik mijn eigen mest en dan plantaardig, dat zijn de plannen in ieder geval.”
Van ziekten en plagen heeft hij nauwelijks last gehad. “Je moet goed reageren, daarom heb ik mijn bedrijf ook verkleind. Ik heb ook een eigen weerstation met een schurftprogramma. Dat werkt goed. En er is natuurlijk onderhand veel kennis als je het vergelijkt met 20 jaar geleden. Ik zit ook bij Delphy bij Gerjan Brouwer en dat bevalt goed.”
Perenpluk. Foto: De Jongh
En de KWH-machine?
Ik gebruik KWH sinds ik omgeschakeld ben. Kijk, je werkt met hele zwakke middelen en dan moet je ook een hele goeie spuit kopen. Mijn insteek was: als ik bio word dan moet ik alles wat ik zelf kan beïnvloeden op de beste manier doen. Dus ik heb direct een weerstation gekocht. En deze spuit kwam als beste uit de bus, qua verdeling en het VLOS-systeem. Op dat moment was deze denk ik de beste spuit die je kon kopen.”
En vanwaar een Mistral? “Ik heb niet zo’n groot bedrijf natuurlijk. Een drierijer is wel mooi maar voor 10 hectare een beetje over de top. Maar ik heb ook een kavel die in een punt loopt, dat is heel bijzonder in de polder want alles is recht hier behalve bij mij. Met een drierijer is het heel lastig om in die punt te komen. Ik heb wel proefgereden maar het kostte teveel tijd. Maar deze die ik nu heb die bevalt heel goed.”
De Jongh met KWH Mistral dwarsstroomspuit
Jan Willem vindt de machine wel redelijk duur ten opzichte van de concurrentie. “Maar er gebeurt ook niks mee. Ik rijd er al twee jaar mee maar er is nog helemaal niks kapot gegaan, ik heb geen enkele storing gehad. Dat is ook wel bijzonder. Betrouwbaarheid is natuurlijk heel belangrijk, als je bijvoorbeeld een keer ’s nachts rijdt dan wil je niet stil komen te staan.” Tevreden dus? “Ik ben er tevreden over, dat klopt!”. Over de dealer kan Jan Willem dan ook weinig zeggen. Hij lacht: “Ik heb de spuit opgehaald bij Langeweg en ben er nooit meer teruggeweest. Voor de spuit dan.”
Reportage 5: A. en J.A. van Dijk v.o.f. in Lexmond
Goed fruit telen betekent vaak goed timen. Fruitteelt- en Loonbedrijf Van Dijk breidde in 2017 uit met een nieuwe loods van 1500m2. Precies dat jaar bleken de fruitprijzen voor hen gunstig uit te vallen.
Een nieuwe klantreportage voor KWH.
Oude foto's Fruitteelt- en loonbedrijf Van Dijk
Terwijl ik het terrein op rijd, valt me op dat alles er spik en span bij ligt. Ik loop naar een grote loods waar Maarten ergens aanwezig moet zijn. Binnen ziet het er mooi uit. We ontmoeten elkaar en lopen naar de kantine, waar het interview begint. Maarten van Dijk: “Mijn vader is in 1998 in het familiebedrijf ingestapt, toen is dit bedrijf begonnen. Stukje bij beetje werd het uitgebreid tot 29 hectare met 1,5 miljoen kg koelcapaciteit en een sorteerlijn die in 2017 vernieuwd is.”
En met die vernieuwing had de familie mazzel. “We hebben de loods in 2017 laten bouwen omdat de gemeenten hier gingen fuseren en het niet duidelijk was of we daarna nog een vergunning zouden krijgen. Precies dat jaar was er de vorstschade, maar bij ons viel die mee waardoor we goede prijzen hadden dat jaar.” Als gevolg daarvan kon ook een nieuwe Perfect sorteerlijn worden aangeschaft, welke we straks nog even gaan bekijken in de hal.
Luchtfoto Van Dijk in Lexmond. Foto: Van Dijk
Maarten zelf volgde de studie Bedrijfskunde en Agribusiness. “Tijdens een buitenlandstage in Nieuw Zeeland kwam ik erachter dat de fruitteeltsector me meer trok dan ik had verwacht. Maar ik kreeg mijn tijdelijke werkvisum niet rond en ben export gaan doen bij een Nederlands bedrijf. Toen kwam er een vacature vrij bij Vereinigte Hagel en maakte ik de overstap naar de functie buitendienstmedewerker fruit, wat ik inmiddels al vier jaar doe.” Toch bleef het familiebedrijf trekken, waarvan zijn ouders en oom de eigenaars zijn. Per 1-9-2019 zal hij dan ook volledig thuis komen te werken. “Ik heb d’r zin in!”, vertelt hij. Maarten komt eerst op de loonlijst, op termijn volgt wellicht een maatschap. “Eerst even de kat uit de boom kijken.”
En jullie hebben dus KWH-machines? “We hadden eerst twee enkelrijers van een ander merk. Toen kwam Barend Domburg van Abemec langs. We waren net Delcorf aan het plukken en hij vroeg of we wel eens hadden nagedacht over een drierijer?” Dat was niet het geval, maar het balletje was gaan rollen. “Achteraf is gebleken dat het een juiste keuze was in combinatie met middelengebruik. Dat was in eerste instantie niet bekend en was voor ons niet doorslaggevend, maar daar hebben we nu profijt van omdat we middelen kunnen gebruiken die met andere spuiten niet mogen worden gebruikt. De reden dat we de machine toen hebben gekocht, was omdat het financieel kon en vanwege de capaciteitswinst.”
Luchtfoto Van Dijk met hun drierijer van KWH Holland. Foto: Van Dijk
Niet alle percelen kunnen met de drierijer gespoten worden. “De oude bomen en buitenpercelen gaan niet, die doen we met een eenrijer en de grote blokken met de drierijer. We gebruiken een combinatie met een New Holland en een frontmaaier. We pakken niet elke keer hetzelfde spuitspoor dus het is niet echt efficiënt, maar zo maaien we alle sporen. Behalve in de zomer, dan groeit het gras te hard en maaien we bij met een Perfect VT maaier.”
Je hoort wel eens dat het moeilijk is om met een drierijer- en maaierconbinatie te rijden. Wat vindt Maarten daarvan? “Wij hebben geen windhaag dus we kunnen ruimer uithalen met de frontmaaier.” Hij lacht: “Tuurlijk, als je alle bomen bij elkaar optelt die we eruit gereden hebben, dan is dat wel een hele stapel... Daarom gebruiken we op de kop van de rij tegenwoordig een houten paal in plaats van beton, omdat er met de spuit wel eens een paal gesneuveld is.”
Verder spuit Van Dijk met Venturi-doppen in combinatie met het VLOS-systeem, vanwege het vele oppervlaktewater wat ze hebben. Ze hebben relatief weinig last van verstoppingen. Maken ze veel schoon? “Ja, na elke spuitbeurt spuiten we altijd de leidingen door met schoon water. En voorzichtig mixen, dat spaart een hoop ellende. Verder tanken we altijd met leidingwater.”
En hoe bevalt de drierijer? “Goed. Tuurlijk, elke machine heeft wel eens wat, dat hou je toch. Maar over het algemeen bevalt hij goed. Het voordeel van deze spuit is dat je langer durft te wachten en capaciteit kunt draaien, dat bevalt ons heel goed. Op termijn worden al onze percelen aangepast zodat de drierijer er kan rijden. Hij wijst naar een perceel. “Bijvoorbeeld die bomen daar vooraan, dat past niet. Onze percelen worden in de toekomst aangepast richting de spuit.”
En het onderhoud? “Dat doen we in principe allemaal zelf. Bij groot onderhoud wordt de machine naar Abemec gebracht. En het keuren doen zij natuurlijk.” Maarten vertelt dat ze verder niet veel met Abemec te maken hebben. “We hebben wel één keer problemen gehad en toen waren ze er binnen een uur, terwijl het drie kwartier rijden is. Naderhand hebben we nog wel een keer een brede maaier gekocht bij hen. Dus geen klachten.”
Aan het eind van het interview lopen we nog een ronde door de loods. Maarten toont me een nieuw kantoor en enkele accommodaties voor medewerkers. Leuk detail is de lambrisering in de kantine en de gang, gemaakt van oude fruitkisten met de namen van samenwerkingspartners op de planken. Ook toont hij me een volgepakte koeling. En ten slotte natuurlijk de nieuwe sorteerlijn.
Lambrisering van oude fruitkisten en nieuwe sorteerhal Van Dijk. Foto's: Fruitteeltonline
Maarten van Dijk bij nieuwe sorteerlijn en in de opslaghal. Foto's: Fruitteeltonline
Aan het eind krijg ik nog een cadeautje: twee flessen sap, geperst door Schulp en voorzien van een eigen etiket ‘Puur Achthoven’. “We hebben 4500 liter appelsap laten persen en proberen deze via de supermarkten te verkopen. Tot nu toe gaat dat best goed.”
Eigen saplabel 'Puur Achthoven'. Foto: Fruitteeltonline
Contactinformatie:
Fruitteelt- en loonbedrijf A. en J.A. van Dijk v.o.f.
Achthoven 56
4128 LX Lexmond
T: +31 (0)183-609399
E: info@vandijklexmond.nl
W: www.vandijklexmond.nl
Reportage 4: Fruitbedrijf Copier in Benschop
Met enige regelmaat maak ik het mee dat een fruitteler liever niet op de foto wil. Ze vertellen me dat ze er niet van houden of dat hun haar niet goed zit. Zo ook Erik Copier, bij wie ik op één van de eerste voorjaarsdagen dit jaar te gast was. Vertellen over zijn grote liefde, fruit telen, doet hij echter graag. Een verslag van een leuk bezoek.
Bij Erik Copier in de schuur staan zijn drie KWH-spuiten op een rij: een Mistral, een DN1000 en een drierijer. Maar de trekkers staan ervoor, dus ze komen niet mooi op de foto. “Ik wil je wel even optillen”, biedt Erik aan. Hij komt met een vorkheftruck en lege fruitkist. Ik stap in. “Goed vasthouden.” En daar ga ik, de lucht in. Zo, de eerste kiekjes zijn genomen.
KWH-machines Fruitbedrijf Copier. Foto: Fruitteeltonline
Achter de schuur strekt het lange perceel van Copier zich uit. Met een lengte van 1,2 kilometer niet echt handig, maar zo liggen de percelen bij hem in het Betuwse Benschop nu eenmaal. Hij teelt diverse soorten peren op 25 hectare verspreide percelen. “Ons hoofdras is Conference, daarna Sweet Sensation op 3,5 hectare en nog wat andere soorten. Sweet Sensation is super, ook voor de verkoop. Daarmee ben ik erg tevreden.” Daarnaast houden ze nog zo’n 10 hectare perceel voor anderen bij.
Erik Copier komt uit een fruittelersgezin, maar koos eerst voor een andere koers. “Ik heb MTS bouwkunde gedaan en mijn aannemersdiploma gehaald. Tot 2005 werkte ik in de bouw. Ik vond het leuk werk maar bij mooi weer dacht ik altijd: ik wil in de boomgaard zijn.” Toen zijn vader in 1999 overleed, stond Erik er met 5 hectare alleen voor. Hij zegde de bouw vaarwel en richtte zich volledig op het telen. Het bedrijf breidde zich uit naar de huidige omvang, twee vaste mensen en genoeg werk voor een derde werknemer.
“Wij hebben eigenlijk een saai bedrijf hoor”, vervolgt Erik. “We doen alleen teelt. Ik wil gewoon zes dagen in de boomgaard zijn, dat is mijn hobby. We hebben bewust ook geen koeling of sortering. Je denkt misschien: al die bomen zijn toch hetzelfde? Maar ik heb nog nooit twee dezelfde bomen gezien!”
We praten een tijdje over zaken als fruitprijzen en gestegen arbeidskosten. “Je kunt alleen telen als je goed teelt, je moet alles in huis hebben. Makkelijk telen en toegankelijke percelen. Daarom hebben we ook die spuiten. Wij zijn met zijn drieën, als we moeten spuiten gaan we samen op pad. Dan kun je in korte tijd veel doen, want onze percelen liggen verspreid natuurlijk hè. Het voordeel van meerdere machines is dat je snel kunt spuiten en tot op het laatst kunt wachten. Of voor als er eentje kapot gaat. Maar dat moet je d’r voor KWH natuurlijk niet in zetten.” Ik vraag hem of dat dan wel eens gebeurt? “Die van ons zijn nog nooit kapot gegaan. Het is toch altijd een soort van stress, je moet op het goeie moment kunnen spuiten.”
Erik Copier verkoopt het liefst op het hout of ongesorteerd uit de cel, maar dat werkt dit jaar niet. “Wij proberen grote peren te telen en als je daar een redelijke prijs voor krijgt, dan kom je ondanks de uitval gemiddeld toch goed uit. Afgelopen jaar zijn we wel keidruk geweest, extra dunnen en water geven. Als je ziet hoeveel dat kost aan meerwerk, extra diesel enzovoorts, dat betaalt zich zeker niet uit. Maar de prijs is niet waar ik het voor doe. De hobby voor mij is een supergoed product telen. Als ik dan een slechte prijs krijg, dan ligt het in ieder geval niet aan mezelf.”
Dubbele druppelbevloeiing bij Fruitbedrijf Copier. Foto: Fruitteeltonline
En KWH-machines dus?
“Nou, mijn oudste KWH-spuitje die staat daarboven op stal. Wij hadden vroeger een Douven, zo’n lage axiaal met van die lage dwarsstroompjes. Die werd wat ouder, toen heb ik bij KWH een nieuwe gekocht, die had VLOS. Toen kwam er nog een personeelslid en kochten we de tweede enkelrijer met VLOS. En die oude spuit werd zo slecht en we kregen er weer een aantal hectare bij, toen hebben we die drierijer gekocht.”
Erik Copier is tevreden over de service, welke via Abemec verloopt. “Ik laat de machines ophalen als er iets is. Ik kan het zelf niet en ik heb er ook geen tijd voor, liever wat meer kosten en dat ze het goed doen. En de machines bevallen goed. Vooral dat die VLOS erop zit, je mag dan meer middelen spuiten en wij zitten hier met veel sloten, dus dan moet je aan bepaalde eisen voldoen. Tegenwoordig heb je middelen die alleen met een drierijer gespoten mogen worden, dus dat is een prettige bijkomstigheid. Verder hebben we ook de tijd nodig. En het is gewoon goed spul.
Zelf heeft Copier overigens nog nooit met de drierijer gereden. “Ik ben niet technisch, alleen met hout. Maar één van de jongens hier kan het perfect en die vinden dat natuurlijk ook prachtig. Ik word al ouwer natuurlijk hè. Dan word je rustiger.”
We ronden het gesprek af en nemen buiten afscheid. Erik Copier loopt snel terug naar de boomgaard waar zijn medewerkers aan het snoeien zijn. Terwijl ik wegloop, bedenk ik me. Ik draai me om, open mijn camera en maak toch nog snel een foto van een weglopende Erik met zijn boomgaard op de achtergrond. Tja, je bent verslaggever of niet. Natuurlijk wel even netjes gevraagd naderhand of ik het plaatsen mocht. En dat vond Erik goed.
Erik Copier bij perenperceel. Foto: Fruitteeltonline
Contactinformatie:
Fruitbedrijf Copier
Boveneind Noordzijde 16-A
3405 AH Benschop
T: +31 (0)348 451 519
Reportage 3: Wellner Fruit
Leveranciers in de fruitteelt wisten Wellner Fruit uit Meteren het afgelopen seizoen te vinden als ambassadeur van hun product. Niet zo gek misschien; het bedrijf timmert aan de weg. Bij KWH Holland is Wellner Fruit al jaren klant, de afgelopen twee seizoenen reden zij voor het eerst met KWH’s drierijer. Een verslag.
“Mijn opa en vader hadden al KWH, ik denk dat we al klant zijn zo lang het bedrijf bestaat”, begint Jan Willem Wellner. Tussen de bedrijven door wist hij tijd te maken voor een interview bij hen op locatie. “Want”, zo vertelt hij, “ik zeg altijd tegen KWH: als mensen willen komen kijken, dan zijn ze welkom”.
Nu zat een kijkje bij de drierijers er niet in, want het was volop winter ten tijde van het interview. “De machines staan bij Abemec voor onderhoud. Ze staan daar vorstvrij, dus ik laat ze graag daar staan”, grapt hij. Hij belooft mij archieffoto’s te sturen voor het artikel. Ter plaatse schiet ik nog wel een paar plaatjes van Wellner zelf en van hun bedrijfsterrein, terwijl de vrachtwagens af en aan rijden.
“Die mogen erin”, bevestigt hij.
Wellner Fruit. Foto: Fruitteeltonline
Waarom KWH?
“Wij maken gebruik van drie merken spuiten, KWH is daar één van”, vertelt Wellner. “Wat zal ik zeggen? Het merk KWH staat als een huis, hun spuit is heel erg goed. Er gaat ook nooit iets stuk. Nu moet ik erbij zeggen: wij zijn testbedrijf voor hun nieuwe machines, in die fase zijn er wel eens storingen. Ik bel hen dan op, ze zijn binnen een uur hier en het wordt gemaakt. Hun service is gewoon heel erg goed.”
Wellner verspuit jaarlijks een behoorlijk bedrag per hectare. “Voor sommige telers is deze oplossing te duur. Wij spuiten 60 hectare. Omdat de middelen steeds zwakker worden, moet je precies bij de juiste temperatuur spuiten. Wij hebben een nieuwe drierijer en hebben de oude spuiten niet ingeruild, dus als het nodig is kunnen we heel snel rond.” Deze snelheid is cruciaal. “Als wij er een keer naast zitten, kunnen we 500 ton fruit weggooien. Reken maar uit wat dat kost, dan heb je die spuit er zo uit. De investering is voor ons dus niet doorslaggevend, maar de snelheid.”
Deze snelheid is dan ook de belangrijkste reden dat Wellner de drierijers van KWH gebruikt. Dit dient overigens wel genuanceerd te worden. “Heel eerlijk, in zijn totaliteit besparen we geen tijd ermee. Met de eenrijers kunnen we direct alle paden maaien, bij de drierijers zijn we sneller rond met spuiten alleen moeten we opnieuw een ronde maaien bij de paden waar de drierijer niet heeft gereden. Het is ook een hele zware machine, sommige tractoren kunnen de combinatie van spuit en maaier niet aan. Maaien moet dus sowieso apart. Hierdoor zijn we uiteindelijk evenveel tijd kwijt.”
Drierijer. Foto: Wellner Fruit
Een nadeel vindt hij ook dat het grote machines zijn waar niet iedereen mee kan rijden. Voor de toekomst vraagt hij zich af of de drierijers zullen blijven. “Vroeger kon je de buurjongen vragen voor het maaien, dat soort buurjongens zijn er tegenwoordig niet meer. Het is moeilijk om aan mensen te komen. Ik ben ervan overtuigd dat we toegroeien naar autonome trekkers. Dat zou ik op dit moment niet aandurven met een drierijer.”
Over KWH is hij positief. “Het merk, de techniek, alles wat erachter zit is perfect. Het is ook een hele stille spuit, dat wordt steeds belangrijker. Wij moeten onderweg langs huizen en dergelijke. Als onze buren 800 meter verderop aan het spuiten zijn en de wind staat onze kant op, dan kunnen wij het hier nog horen. Dat moet je tegenwoordig niet meer willen.” Salesman Erik Bretveld noemt hij een leuke vent, commercieel maar goudeerlijk. “Alles wat we hebben afgesproken is hij nagekomen.”
Is er ook een minpunt? “De gele kleur! Ik zeg wel eens tegen KWH: waarom geel? Consumenten zien ons als gifmengers, ze vinden dat eng. Een natuurlijke kleur zou beter zijn.” Overigens is Wellner van mening dat telers hierin zelf ook een belangrijke rol spelen. “Ik zie wel eens machines die in het voorjaar uit de schuur komen en waar de klonten spuitmiddel nog aan zitten. Dat vind ik zo fout. Het leidt tot een heel verkeerde beeldvorming. Wij spuiten onze machines bij iedere vulbeurt af. De doppen worden na 1-2 keer gebruik vervangen en gereinigd. Ik hou zelf van netjes, maar het komt ook naar buiten toe goed over. Daarbij raken onze spuitdoppen nooit verstopt.”
Fruit telen noemt Wellner ten slotte een “mooi vak”. Volgens hem moeten we goed naar het buitenland kijken, omdat sommige landen voorlopen. En met deze vooruitziende blik, af en toe over de landsgrenzen kijkend, timmert Wellner verder aan de weg. Met KWH wat hem betreft nog lange tijd als partner.
Jan Willem Wellner. Foto: Fruitteeltonline
Contactinformatie:
Wellner Fruit
Voetakkerweg 2b
4194 PP Meteren
T: +31 (0)34 55 69 672
W: www.wellnerfruit.nl
Reportage 2: Vereecken Fruit
Vorige week publiceerden we het eerste deel van KWH’s nieuwe reportageserie ‘Klanten van KWH’. Deze week een kijkje bij Vereecken Fruit uit Marknesse, fruitteler van het allereerste uur in de Noordoostpolder.
“Bel me een kwartiertje van tevoren, dan zorg ik dat ik er ben”. Terwijl zijn vader en twee medewerkers doorgaan met snoeien, ontmoet ik Jeroen Vereecken in de kantine van hun fruitbedrijf. Een bedrijf met een bijzondere geschiedenis. “Mijn opa en oma zijn in 1953 begonnen, zij behoorden tot de eerste vijf fruitbedrijven die in de Noordoostpolder werden uitgegeven. Die waren allemaal hier in de buurt gevestigd.”
Vereecken pakt het ‘Boerderijenboek van Marknesse’ dat in de kantine ligt. Hij wijst een foto aan van de boerderij van zijn opa en oma. Tegenwoordig woont hij zelf in dit huis, dat vlakbij op het erf staat. Ook de vier andere fruitbedrijven staan erin. “Wij zijn het enige bedrijf van deze vijf dat nog op het originele kavel zit. Mijn opa kreeg 24 hectare toegewezen, dat was veel voor die tijd. Hij was daarmee de grootste zelfstandige fruitteler.”
Het boerderijboek met de vijf boerderijen op een rij. De tweede van links is de boerderij van Vereecken.
Foto: Fruitteeltonline
Vereecken teelt nog altijd op hetzelfde kavel, waar hij de afgelopen jaren volledig overschakelde op peren. Vanwaar deze keuze?“ Ik vind het gewoon een ontzettend mooie teelt. Daarbij zagen we al vanaf 1991 dat de perenteelt beter liep. Steeds meer appelbomen werden naar het Oostblok verkocht. We kunnen daar amper tegenop, maar in Nederland en België kunnen wij onwijs goed Conference telen. Inmiddels is Polen ook in opkomst, maar middels een goed product en certificering proberen we ons te blijven onderscheiden.”
Intrede KWH
Zo’n 2,5 jaar geleden kocht Vereecken de eerste machine bij KWH. Een drierijer. Waarom deze keuze? “Vanaf het allereerste moment dat die drierijer op de markt kwam, was ik al enthousiast en zag het gemak ervan. Het paste alleen financieel nog niet. Daarbij spelen bij nieuwe machines altijd kinderziektes mee. Ik wilde niet iets kopen wat nog in ontwikkeling was.”
Jeroen Vereecken in zijn perenperceel. Foto: Fruitteeltonline
Medio 2016 was het zo ver. “We kochten de machine halverwege het seizoen. Nou, dat is geen aanrader. Je zit in een volbladsituatie en gaat dan ineens met zo’n grote machine spuiten. Het eerste half jaar heb ik het zelf gedaan omdat het wennen was. Als je begint in een niet-bladsituatie, kun je goed zien waar machine rijdt. We hebben wel camera’s op de armen maar het blijft moeilijk in het begin. Langzaam kom je dan in een bladsituatie en raak je eraan gewend. Nu gaat het spuiten probleemloos.”
Tegenwoordig vertrouwt Vereecken het spuiten volledig toe aan zijn medewerker. “Het klinkt misschien gek, maar het is natuurlijk ook leuk voor zo’n jongen om ermee te mogen rijden. Het geeft veel meer diversiteit in het werk.”
V.l.n.r. Jeroen Vereecken, medewerker Cornelis, dhr. Vereecken sr. en medewerker Onno.
Foto: Fruitteeltonline
Team Vereecken aan het snoeien. Foto: Fruitteeltonline
Ik vraag Vereecken waarom ze een drierijer kochten. “Met name in de perenteelt zou het middel Vertinec komen te vervallen. Er was echter een vrijstelling wanneer je een KWH spuit gebruikte. Dat was aanvankelijk dus onze reden. Tegenwoordig doe je dat veel meer met natuurlijke vijanden. Maar nu hebben we dankzij deze machine het gemak van een optimaal spuitmoment en korte behandelperiode.”
En de kosten? “Vroeger reden wij met twee conventionele spuitjes. We begonnen met twee man om 08.00 uur en waren om 15.00 uur klaar, dat is dus 12 werkuren. Nu kan één man in 5 uur het hele bedrijf spuiten. Ik vind de machine eerlijk gezegd wel duur voor wat het is. Maar ik zou niet meer terug willen.”
De machine bevalt dus goed? “Als ik er morgen weer een moest kopen, koos ik hem weer. Vanaf het begin vond ik hem in positieve zin al eenvoudig. De opbouw, eventuele reiniging van de machine, het gebruiksgemak, het is allemaal heel simpel. Ik ‘snap’ de machine, als er iets mee aan de hand is dan weet ik meestal wel wat er aan de hand zou kunnen zijn.”
Vereecken heeft trouwens weinig problemen met de machine. “Eén keer was de aftakas kapot in de spuit, door een kapotte kruiskoppeling. Dat zat hem in de deugdelijkheid van de as, er is toen een zwaardere as in gekomen. Volgens mij is het toen op kosten van KWH gerepareerd. Sindsdien heb ik geen problemen. Dijkstra & Langeweg vind ik ook een heel prima mechanisatiebedrijf. We hebben daar alleen de spuit maar ze doen het perfect. Ze hebben er verstand van en kunnen op afstand echt goed helpen.”
Dhr. Vereecken sr. is nog dagelijks werkzaam op het bedrijf.
Foto: Fruitteeltonline
En KWH zelf? “Wat ik stoer vindt van KWH is dat ze er echt ingedoken zijn, in de fruitteelt. En een mooie machine hebben ontwikkeld. Je ziet wel dat bedrijven die niet zoveel toekomst zien in de fruitteelt. Toch zijn er ook bij die er vol voor gaan en hele mooie machines ontwikkelen. Boreco is ook zo’n bedrijf. Ik vind dat heel goed.”
Heeft hij nog advies voor mensen die een drierijer overwegen? “Je ziet vaak dat mensen meer met buitenlandse mensen gaan werken, dan moet de bedrijfseigenaar zelf spuiten. Daar moet je rekening mee houden. Het voordeel is dat je dan zelf heel snel het hele bedrijf kunt spuiten.”
Contactinformatie:
Vereecken Fruit
Steenwijkerweg 6
8316 RJ Marknesse
T: 0527-201378
M: 06-53933870
W: www.vereeckenfruitmarknesse.nl
Reportage 1: Verhage Fruit
Op 24-1 was Fruitteeltonline te gast bij Peter Verhage van Verhage Fruit uit Luttelgeest nabij Emmeloord. De reden: een nieuwe reportage van KWH, waarin gebruikers van KWH’s machines komend jaar zelf aan het woord komen. En Fruitteeltonline was letterlijk te gast, want Verhage Fruit is met zijn mooie bedrijf duidelijk ingesteld op gasten. Een bezoek op locatie.
Pioniers sinds jaren ‘50
Bij Verhage Fruit zit inmiddels de 3e generatie aan het roer. Opa en oma Verhage kwamen in 1950 als pioniers vanuit Zeeland naar de Noordoostpolder. In het uitgestrekte landschap startten zij hun boerderij, destijds een gemengd bedrijf. In 1966 plantte opa zijn eerste appelboom, een jaar later startte oma een huisverkoop van eigen teelt. Vader en oom kwamen in 1975 in het bedrijf, in 2002 namen Peter en zijn neef Bert het stokje over.
Die keuze lag trouwens niet voor de hand. Peter Verhage: “Eerst zagen wij het helemaal niet zitten om het fruitbedrijf over te nemen. Bert vond elders een baan, ik ging bedrijfskunde studeren. In 2002 kregen we nieuwe visie voor het bedrijf en besloten de stap te zetten. We wilden het echter wel anders gaan aanpakken.”
Langzaamaan ontwikkelden zij zich van een standaard fruitteeltbedrijf naar een consumentgerichte onderneming. Dit uit zich onder andere in een prachtige, veelzijdige boerderijwinkel. Naast eigen teelt, sortering en koeling beschikt het bedrijf over een uniek onderdeel: een eigen destilleerderij. Hiermee waren zij in 2011 de eerste in Nederland.
Peter Verhage (l) en Bert Verhage (r) in hun destilleerderij.
Foto: Fruitteeltonline
Peter Verhage geeft uitleg in de slijterij. Foto: Fruitteeltonline
Een andere stap was de aanleg van een kleine 0,8 hectare kersenteelt, naast hun reguliere 16 hectare appels en 8 hectare peren. De neven telen hoofdzakelijk Elstar en Conference, daarnaast ook Fuji, Delcorf en Goudreinet, Comice, Gieser Wildeman en Winterriet. Hun Kanzi werd overigens vorig jaar gerooid. Verhage vond deze appel te bewerkelijk en “alles behalve duurzaam”. In de loop van de jaren vond het bedrijf steeds meer eigen verkoopkanalen en stopte uiteindelijk bij de veiling. De winkel ontwikkelde zich tot een belangrijke pijler binnen het bedrijf.
Sfeerimpressie boerderijwinkel. Foto's: Fruitteeltonline
Sortering en destilleerderij. Foto's: Fruitteeltonline
Ervaring met KWH
Hoe kwamen de neven bij KWH terecht? Verhage: “Vier jaar geleden kochten we onze eerste drierijer bij KWH. Daarvoor hadden we er één van een ander merk, maar daar kwam na vier jaar al zoveel werk en onderhoud bij kijken, dat we een andere machine wilden. We vonden KWH en hebben er even over nagedacht. Het is een wat zware machine maar wel degelijk, dat sprak ons erg aan. Mijn indruk is dat dit een machine is waar je minimaal 10 jaar mee kunt rijden.”
Verhage vroeg in de buurt bij collega’s, twee van hen hadden al een drierijer van KWH en waren tevreden. “KWH heeft natuurlijk ook het VLOS-systeem waardoor hij in de MIA/Vamil valt. En je kon bepaalde middelen toen alleen met een KWH-machine gebruiken. Dat was niet de voornaamste reden, maar was wel mooi meegenomen.”
Hoe is jullie ervaring tot nu toe? “De machine bevalt uitstekend. Hij is heel degelijk, we hebben weinig problemen. Tuurlijk heb je wel eens wat, maar de machine is heel bedrijfszeker. En geeft een goed spuitbeeld.” Een ander pluspunt vindt Verhage de stabiliteit van de machine in het veld.
Hij vervolgt: “Wat ik ook prettig vindt, is dat KWH goed luistert naar de gebruiker. Wij hebben vorig jaar onze drierijer ingeruild voor een nieuwere versie. Je ziet bijna geen verschil, maar hij is wel degelijk anders. Veel beter in elkaar gezet dan de vorige machine.”
Verhage Fruit. Foto: Fruitteeltonline
Als ik Verhage vraag hoe het met de kosten zit, geeft hij aan dat deze wel hoger liggen. “Het is een duurdere machine per hectare, maar je bent veel efficiënter. Met deze machine zijn we 2,5 keer zo snel, in ruim een halve dag zijn we het bedrijf rond. Het voordeel daarvan is dat je langer kunt wachten. Bij peren is dit niet zo essentieel qua schurft, maar bij appels wil je zo kort mogelijk voor de regen zitten. En als die bui toch overwaait, bespaar je jezelf een spuitronde. “
KWH’s reactie op het kostenplaatje: “De aanschafkosten kunnen hoger liggen, maar de machine is efficiënt en zorgt daarmee voor een hoge investeringsopbrengst per hectare. Na verloop van tijd bespaart een teler dus juist kosten. Indien gewenst kunnen wij een proefberekening maken.”
Verhage’s lokale KWH-dealer is Dijkstra & Langeweg in Kraggenburg. “Ze bieden perfecte service, je belt en als je aangeeft dat het dringend is dan komen ze direct. Hun vestiging ligt zo’n 10 kilometer verderop maar ze hebben een goede servicebus. Ik hoef er eigenlijk nooit naartoe.”
Verhage Fruit. Foto: Fruitteeltonline
Zijn er ook nadelen? Verhage denkt even na. “De drierijer is een tandem-asser. Als het heel nat is, dan geeft dat met het draaien nog wel eens wat spoorvorming. Het zou mooi zijn als hij meesturende assen zou hebben. Maar gaat moeilijk met een geschaarde dissel. Ik vind het ook niet echt een probleem. Verder kan ik niks bedenken.”
Contactinformatie:
Verhage Fruit
Oosterringweg 33
8315 PS Luttelgeest
T: +31-(0)527-202480
E: info@verhagefruit.nl
W: www.verhagefruit.nl